C. Mennen pr
De Catechismus van de Katholieke Kerk stelt in nr 2357: “Onder homoseksualiteit verstaat men de betrekkingen tussen mannen af tussen vrouwen die zich seksueel exclusief of overwegend aangetrokken voelen tot personen van hetzelfde geslacht. Homoseksualiteit kent, door de eeuwen heen en binnen de veelheid van culturen, verschillende verschijningsvormen. De psychische oorsprong is moeilijk op te helderen. Steunend op de heilige Schrift, die deze betrekkingen voorstelt als een ernstige ontaarding, heeft de Overlevering steeds verklaard dat ‘homoseksuele daden intrinsiek ongeordend zijn’. Ze zijn in strijd met de natuurwet. Homoseksuele handelingen sluiten de seksualiteit af voor de gave van het leven. Ze komen niet voort uit een ware affectieve en seksuele complementariteit. Daarom kunnen ze in geen geval goedgekeurd worden.”
Dit moreel standpunt is duidelijk. Dat betekent niet dat de Kerk homoseksuele gelovigen afschrijft. Zij kunnen lid zijn van de Kerk en aan het kerkelijk leven deelnemen. Wel vraagt de Kerk van haar gelovigen de bereidheid en de oprechte wil volgens haar moraal die rechtstreeks voortkomt uit de Bijbel en de natuurlijke zedenwet, te leven. Het is de taak van de pastoraal om individuele mensen in de beleving van die moraal te helpen en in het sacrament van boete en verzoening Gods vergevende barmhartigheid te schenken aan hen die gevallen zijn en weer willen opstaan.
Het is tegen het katholiek geloof en dus ook niet pastoraal om homoseksueel gedrag moreel goed te keuren of te doen alsof het een normale variant is van menselijke seksualiteit. Dat laatste is wat de meeste homo-organisaties beweren en die opvatting verwachten zij van heel de maatschappij en ook van de Kerk. De catechismusuitspraak van de katholieke Kerk vinden zij discriminerend en ze willen die houding van de Kerk kost wat kost veranderen
Daarom is vanuit hun optiek de vraag naar een “roze gebedsviering”, juist in de St.-Janskathedraal, begrijpelijk. Het is niet zomaar een vrome opening van een dag. Het geheel heeft een duidelijke metabetekenis. Men wil het laatste bolwerk dat vasthoudt aan de schriftuurlijke afkeuring van homoseksueel gedrag en van alle handelingen tegen de morele natuurwet innemen. Dat gebeurt voor hun gevoel – en niet geheel ten onrechte – op 24 juni aanstaande als ze als groep de St.-Jan veroveren waarbij de plebaan hen welkom heet en de bisschop hen (en daarmee hun doen en laten) zelfs zegent.
Van de kant van de plebaan en vanuit het bisdom wordt dat alles gepresenteerd als een ongevaarlijke, vriendelijke geste jegens een groep die zich kerkelijk gemarginaliseerd voelt. De woordvoerder van het bisdom benadrukt dat er niet aan de leer van de Kerk getornd wordt. Ik zou zeggen: ammehoela!! Trouwens door te zeggen dat het in de praktijk allemaal niet zo moeilijk is, geeft de woordvoerder aan dat er blijkbaar een groot onderscheid bestaat tussen de leer en de praktijk, dwz de pastoraal. Dat is echter onmogelijk. Als de pastoraal niet naadloos aansluit bij de leer van Christus, dan deugt de pastoraal niet. Immers de pastoraal dient ervoor de leer in de praktijk handen en voeten te geven. Ofwel stiekem wordt de leer veranderd. Want een leer die in de praktijk ongestraft en onweersproken met voeten wordt getreden, bestaat in feite niet meer. Men lijkt feitelijk voor de laatst genoemde weg te kiezen. En het enthousiasme van LHBG-gemeenschap over de viering in de St-Jan maakt wel duidelijk dat het zo ook ervaren wordt.
Dat het allemaal niet zo neutraal en ongevaarlijk is en dat het wel degelijk met goed- en afkeuring van de kant van de plebaan en het bisdom te maken heeft, maken de antwoorden op de volgende casussen duidelijk:
Wil de plebaan in een gebedsdienst in de St-Jan hartelijk welkom heten als medetochtgenoten door het leven en wil de bisschop bruggenbouwend en verbindend zegenen:
- een denkbeeldige PVV-landdag die haar landelijke manifestatie in Den Bosch met een gebedsdienst in de kathedraal wil beginnen?
- het denkbeeldige verbond van seksclubhouders en de gezamenlijke meisje van plezier die de dag tegen hun discriminatie in Den Bosch willen beginnen met een gebedsdienst?
Om misverstand te voorkomen wil ik hier wel meteen bij aantekenen dat ik de LHBG-gemeenschap geenszins zou willen vergelijken met de PVV of het andere denkbeeldige genootschap. Wel is de overeenkomst dat de afzonderlijke leden, ook van deze clubs, lid van de Kerk kunnen zijn, niet gediscrimineerd mogen worden en met welwillendheid pastoraal tegemoet getreden moeten worden.
Tenslotte wil ik op bijkomende consequenties van het plebanesque en bisschoppelijke gedrag wijzen:
- Hierdoor worden normale katholieken die trouw willen zijn aan de leer van de Kerk, geschoffeerd, en niet in het minst die homoseksuelen die zich inspannen kuis volgens de leer van de Kerk te leven.
- Hierdoor wordt pastoors die in het verleden door acties van de homogemeenschap aan de schandpaal zijn genageld, alleen omdat ze datgene deden wat van goede zielenherders verwacht mocht worden, nog een extra trap nagegeven door officials van de Kerk (ik refereer aan pastoor Buijens).
- Hierdoor worden pastoors die tot heden dergelijke vieringen met succes, zelfs ondanks druk van gemeentebesturen, uit hun kerk hebben kunnen weren, ernstig verzwakt. Men zal zeggen: de bisschop vindt het toch goed…
Het is zeker niet toevallig dat de Kerk op 24 juni de geboortedag viert van de heilige Johannes de Doper. Deze werd door koning Herodes onthoofd omdat Johannes hem aansprak op zijn immoreel gedrag. Hij leefde immers met de vrouw van zijn broer. Iemand die opkomt voor Gods wetten, oogst zelden applaus.
1 juni feest van de H. Martelaar Justinus
1 opmerking:
Dit is niets anders dan het zoveelste verraad van de clerus t.o.v. trouwe katholieken. Een luid en driewerf Bah! aan hen die dergelijke schande in de kerk toelaten.
Een reactie posten